Spencer's room.

Een eikenhouten deur geeft toegang tot een knusse kamer, met witte muren en een houten vloer. Tegenover de deur is een raam, die uitzicht geeft over een gedeelte van het schoolterrein en een groot meer. In de vensterbank staat een kleine vaas, zonder inhoud. Er staat een bed tegen één van de muren, ernaast staat een klein tafeltje met een enkele la. Tegen de andere muur staat een grote kast, daarnaast hangt een spiegel.

Wanneer het bewoond wordt:
Op de grond liggen hier en daar wat kleren verspreid en overal liggen wel halflege schetsboeken, potloden en kwasten. Onder het bed ligt de rest van de schetsboeken en het tafeltje naast het bed stort bijna in onder het gewicht van een stapel boeken.

Toegang: Kloppen.

Spencer deed de deur naar zijn kamer open en zag tot zijn grote opluchting dat er maar één bed stond. Hij smeet zijn tas op bed en liep naar het raam, waarna hij die open schoof. Nou ja, hij deed een poging tot. Het raam klemde en hoe hard Spencer ook duwde, hij gaf niet mee. Spencer zuchtte en haalde een hand door zijn haar. Geen sigaret stond gelijk aan uren wakker liggen. Spencer besloot te gaan kijken bij één van zijn buren, of hij daar misschien kon roken. Hij liep zijn kamer weer uit en keek even om zich heen.